'De wielersport is per definitie een katholieke sport,' aldus Mart Smeets in 2012. De godfather van het Nederlandse wielrennen weet ook te vertellen waarom: 'omdat je met drie weesgegroetjes van al je problemen af bent.' 'De Mart' is misschien geen volbloed theoloog, maar hij heeft wel een punt. Geen sport is zo katholiek als het wielrennen. De eenzame renner die als een postmoderne monnik zijn lichaam teistert ten einde zijn geest te kunnen overwinnen. Wielrenners die kruisjes slaan en hun wielertrui opdragen aan Notre-Dame de Cyclistes in Labastide-d'Armagnac. De Tour de France als een metafoor voor de pelgrimerende mens op aarde. De winnaars die morgen de verliezers zijn. Heiligen die morgen zondaars zijn. Dit alles schreeuwt om een eigen theologie, een kleine theologie van het wielrennen. Want iedere katholiek weet: God heeft ook een fiets.
De bekende r.k.-cultuurtheoloog dr. Frank G. Bosman is zijn levenlang al fan van het betere wielrennen. In zijn bekende losse stijl trekt hij parallellen tussen de wielrenners op de televisie en het geloof van de kijkers op de bank thuis. Eerder van zijn hand verschenen: God houdt van een geintje. Kleine theologie van de humor en God houdt van seks. Kleine theologie van de erotiek.
Frank G. Bosman (1978) is cultuurtheoloog en verbonden aan de Faculteit Katholieke Theologie van de Universiteit van Tilburg. Bosman bestudeert en analyseert de cultuur van onze laatmoderne samenleving met specifieke belangstelling voor de expliciete en impliciete religieuze en levensbeschouwelijke elementen.