De huidige intense botsingen tussen islam en westerse opvattingen zijn terug te voeren op versteende vormen van religie. Niet alleen in de uiterlijk herkenbare verbeelding daarvan, maar ook in maatschappelijke gebruiken met (onbekende) religieuze wortels.
Van Hoogstraten verheldert het huidige conflict door de ontwikkelingen te schetsen van zowel onze westerse cultuur als de islam aan de hand van de ‘heilige’ plaatsen. Hij gaat daarvoor op reis naar het Mekka van de islam, de Griekse denkers, de Weense psychoanalyse, en de christen Dietrich Bonhoeffer te midden van Berlijns puinhopen. In veel opzichten verschillen islam en Westen van elkaar, bijvoorbeeld democratie versus autocratie. Maar gemeenschappelijkheid is er ook: het hardnekkige antisemitisme…
Deze uitermate heldere en bewogen politieke theologie van Van Hoogstraten biedt een nog niet eerder beschreven kader voor discussie in een tijd van inburgering, verplaatsing en globalisering.
Dr. H.D.van Hoogstraten doceerde ethiek en religie aan de Nijmeegse Radboud Universiteit en in de Verenigde Staten. Hij werkt als publicist en is verbonden aan het Utrechtse centrum ‘Leeuwenbergh – Eeuwen van Licht’. Hij schreef zijn dissertatie over Bonhoeffer en publiceerde boeken over vrijheid en dwang (Het gevangen denken, 1986; Religie en totalitarisme, 1998), en over de gespannen relatie van ecologie en economie (Geld en geest, 1994; Deep Economy, 2001).